Vandaag is een autodag. Ik neem de toeristische route van Competa, langs cq. door de Sierra Nevada naar Granada.
Maar voordat ik vertrek, check ik uit bij Hotel Bernadini. Helaas is de Belgische eigenaresse niet aanwezig deze ochtend en kan ik haar niet bedanken voor de gastvrijheid. Het verblijf, met name de chit chat en het lekkere eten, waren erg prettig. Na nog wat foto’s te hebben gemaakt, start ik dan eindelijk de auto en ga ik er vandoor.
Helaas heeft de Tom Tom weer kuren. Hij kan weereens de satellieten niet vinden en dus ga ik op de gok bij de eerste afslag maar rechtsaf. En niet alleen de satellieten zijn kwijt, ook de batterij is zo leeg als maar zijn kan – en dat terwijl hij continu aan het stroom zit. Dit is mijn laatste Tom Tom navigatiesysteem, dat weet ik wel. Na wat reboots lijkt er weer leven in het apparaat te zijn gekomen en zie ik dat ik de juiste afslag heb genomen. Ik heb een punt ingeprogrammeerd in de Sierra Nevada.
Het is een heerlijke route, berg af en richting de kust. Met een lekker muziekje op, weinig verkeer op de weg en een heerlijk zonnetje kan de dag al niet meer stuk. Eenmaal bij de kust aangekomen is het inmiddels zo’n 18 graden. Ik heb het even op m’n iPhone gecheckt en het wordt bij iedere +/- 100 meter daling zo’n 1 graad warmer. Of kouder natuurlijk – als je de andere kant op rijdt.
Bij de plaats Motril gaat het echter fout. De weg naar het punt wat ik eerder had uitgezocht op Google Maps, bestaat nog niet. Deze is nog in aanleg. Tom Tom is hevig in de war, want ik moet toch echt die weg hebben. Na het hevig zeurende apparaat op stil te hebben gezet, volg ik maar gewoon de weg die richting de besneeuwde toppen lijkt te gaan. Uiteindelijk ben ik al slingerend weer flink omhoog aan het rijden, dus dat gaat de goede kant op!
Het wordt steeds kouder en ik rij nog net niet in de sneeuw tot ik niet echt hoger kan komen. Uiteindelijk bereik ik het plaatsje Trevelez, het hoogstgelegen dorp van Spanje op zo’n 1.500 meter hoogte. Ik ben inmiddels alweer een paar uur onderweg en moet genoegen nemen met de beperkte hoeveelheid sneeuw die ik tot nu toe gezien heb. De binnendoorweg die dwars door de Sierra Nevada gaat richting Granada blijkt toch ook echt voor een 4×4 te zijn, de gaten in de half onverharde weg zijn mij wat te diep. Ik besluit dus vanaf Trevelez weer richting de grote weg af te dalen via een heerlijke bochterige weg naar beneden.
Omstreeks half 6 bereik ik Granada en check in in in hotel Albero. Dit hotel ligt net buiten het centrum, op de weg naar het Alhambra.
Nadat ik geïnstalleerd ben in mijn schone en fris ruikende kamer en ik even mijn benen gestrekt heb, vertrek ik naar de bushalte om te hoek voor een ritje naar het centrum. Ik laat hier mijn auto staan omdat Granada niet erg handig is met de auto en de bus kost praktisch niets. In de bus koop ik een chipkaart voor 7 euro; dit is 2 euro voor de kaart zelf en 5 euro tegoed voor 7 busritjes. In een minuut of 15 ben ik in het centrum aangekomen en stap ik op een drukke straat uit. Vanaf hier wandel ik door de stad, langs het verlichte Alhambra en door diverse smalle straatjes, afgewisseld met pleintjes-met-fonteintjes. Hoewel het al 9 uur is, klinkt er overal leven van mensen op de straat, terrasjes en barren.
Na wat zoeken naar een authentiek restaurant, stap ik op de gok binnen bij een Spaans restaurantje waar ik wél een beetje rustig kan zitten. De ober probeert mij uit te leggen hoe het selecteren van het eten werkt, maar al snel komen we erachter dat Spaans bij mij niet goed gaat werken. Na een paar minuten komt de engelse kaart tevoorschijn en begrijp ik dat ik een voor én hoofdgerecht moet kiezen en dat dat inclusief een drankje wel 9,90 euro kost. Dat wordt een behoorlijke investering! Ik kies op de gok voor een voorgerecht van meloen met Iberico ham en een vleesgerecht. Het smaakt allemaal prima en voldaan vertrek ik weer met de bus richting het hotel.