El Rocio is een schitterend plaatsje in Andalusië waar de tijd stil lijkt te hebben gestaan.
Het is vandaag de tweede dag in El Rocio en ik begin vandaag met een montadella jamon (broodje ham) en een cafe con leche (koffie met melk) bij een plaatselijke bar. Het is nog vroeg, maar het zonnetje begint rustig aan te schijnen. Na het broodje naar binnen gewerkt te hebben, bezoek ik eerst La Iglesia de Nuestra Senora del Rocio. Dit is het thuis van de heilige Virgin. Een dame is hier bezig met wat men hier dagelijks doet; het zand uit het gebouw vegen. Voor mij is het de zoveelste kerk met een mooi altaar, maar het verhaal erachter en de gedachten dat het hier eens per jaar drukker is dan je je kan voorstellen vind ik wel interessant.
Weer uit de kerk, loop ik naar de Paseo Marismeno. Dit is de boulevard die langs de Marismas den Rocio loopt, een lagune. Hier staan heel veel flamingo’s te vissen naar voedsel. Het doet mij wel een beetje denken aan het J. N. “Ding” Darling National Wildlife Refuge in Florida, daar zag je vergelijkbare taferelen en vogels. Het is een mooi gezicht zo!
Na de paseo uitgelopen te hebben, vertrek ik met de auto naar een paar km verder gelegen Palacio del Alcebron. Hier zijn twee routes door het Nationaal Park Donana. De ene route gaat door een stuk bos en eindigt bij het Palacio en de andere gaat langs een lagune en een open vlakte met veel lage vegetatie. Er zit hier wel het een en ander aan wildlife, maar deze laat zich zelden verrassen door toeristen. Ik heb dan ook geen lynxen, wilde zwijnen, herten of ander gespuis kunnen spotten. Wel is het een mooie boardwalk-wandeling.
Bij terugkomst van de wandeling, zie ik iets wat ik wat minder mooi vind. Een lekke band! Ik was er al een beetje bang voor dat het een keer zou gaan gebeuren op vakantie en jahoor – het is zover. Gelukkig blijkt er een volwaardige reservewiel in de auto te liggen, dus no stress en verwisselen maar. Na een minuut of tien staat de auto weer met vier gevulde bandjes op de grond en kan ik mijn zwarte handen wassen bij de het bezoekerscentrum waar ik dan nog naast sta.
Mijn volgende stop wordt weer het strand, maar dan aan de kant, bij Matalascanas. Wel is het eerst tijd voor een koffiestop en dit doe ik bij een cafe in het winkelcentrumpje van Matalascanas. Deze plaats grenst aan het niet toegankelijke gedeelte van het Nationaal Park Donana en de weg stopt ook letterlijk voor het park, het is een doodlopende weg. Aan het einde hiervan kan je je auto parkeren en vervolgens over een boardwalk door de duinen lopen naar de zee. Vanaf hier heb je tot 25 km zuidwaards alleen maar verlaten strand. Je mag dan ook alleen maar op het strand komen en niet verder dan 300 meter de duinen in, want dan zit je in het beschermde gedeelte van het park.
Na wat wandelen hou ik het weer voor gezien. Het is vandaag niet heel warm geworden, zo’n 17 graden. Als het windstil is, dan is het best lekker. Indien het wel waait, dan is dit ijzig koud.
Vanavond wil ik een ander restaurant gaan uitproberen, maar ik hoor van de beheerder van het hotel dat alles vandaag dicht is omdat het ‘maandag’ is. Oftewel; gisteren was het Andalusie dag en dus geen normale maandag en dus krijgen we ook geen normale dinsdag. Het enige restaurant wat volgens hem wel open is, is het restaurant waar ik gisteren geweest ben; Casa Rociera El Frenazo. Dat is dan snel gekozen. Ik wilde dit keer voor het wilde zwijn gaan, maar ik krijg te horen dat ik alleen hert kan eten. En ook vandaag weer was het alsof er een stukje hemel op m’n bord lag, zo lekker.